Op mijn 25e kreeg ik een verschrikkelijke boodschap van mijn oncoloog, darmkanker. Mijn vrouw had vanaf haar 13e een auto-immuunziekte en onze drie kinderen maakten een moeilijke start in de eerste dagen van hun leven. Meerdere keren kregen we te horen dat onze toekomst er qua gezondheid, op z’n zachtst gezegd, niet rooskleurig uitzag en dat we ermee moesten leren leven. Mijn wil om te overleven, klachten te verminderen en met mijn gezin gezonder te leven brachten me op het spoor van voeding, biochemie en gezondheidswetenschappen.

 

Wat is het echte probleem?

In 2011 waren in Nederland meer dan 5,3 miljoen mensen met een chronische aandoening gediagnosticeerd, waarvan 1,9 miljoen met multimorbiditeit [1]. Begin 2019 bleek de chronische aandoening zelfs 9,9 miljoen Nederlanders te treffen [2]. En dat in een maatschappij waar gezondheidszorg op een hoog niveau functioneert ...

 

Wat gaat er mis? Waar maken we de denkfout? Mijns inziens heeft deze te maken met de volgende drie veronderstellingen:

•             Klachten en ziekten kunnen we one-size-fits-all – iedereen op dezelfde manier – behandelen.

•             Genezen kan niet, leer er maar mee leven. Oh ja, en voorkomen kan ook niet.

•             Als je goed eet heb je geen extra micronutriënten nodig!

 

Deze aannames hebben naar het zich laat aanzien serieuze consequenties, namelijk bijna 10 miljoen mensen met een chronische aandoening. Vinden we dat acceptabel binnen een moderne maatschappij? Of hebben we het zelf in de hand?

 

Omkeren van chronische aandoeningen

Terug naar de basis. Leven wordt mogelijk gemaakt door (je) cellen, simpeler wordt het niet. Je lichaam bestaat uit ongeveer 75 biljoen cellen die biomoleculen gebruiken om te kunnen functioneren en blijven leven. Deze biomoleculen worden niet gemaakt van lucht, maar van alles wat je eet en drinkt. In andere woorden, je denken, voelen, perceptie, gedrag en ook je geluksgevoelens hebben een relatie met wat je eet.

 

De complexiteit van stofwisselingsprocessen in cellen vraagt om een combinatie van vitaminen, mineralen, antioxidanten en tal van andere actieve voedingsstoffen. Deze micronutriënten zijn nodig voor tal van processen in je lichaam, waaronder je energiestofwisseling, tal van processen in je brein, synthese van neurotransmitters, metabolisme, de werking van je darm, lever, schildklier, je immuunsysteem, hormonen, bloedsomloop, bewegingsstelsel met botten en spieren, kortom alles! Hoe meer je kwalitatief goede voeding gebruikt, des te hoger de kwaliteit van je lichaamscellen.

 

Ook je stressbestendigheid verbetert door goede voeding. Stress zelf is nooit het probleem. Een overmaat aan stress compenseert je lichaam door meer micronutriënten te gebruiken, wat uiteindelijk kan resulteren in specifieke tekorten. Chronische stress verbruikt bijvoorbeeld veel B-vitamines.

 

In de afgelopen 23 jaar heb ik bij meer dan tienduizend mensen met chronische aandoeningen bloedonderzoek gedaan naar micronutriënten. Een tekort aan macronutriënten (koolhydraten, eiwitten en vetten) zag ik relatief weinig, omdat het volume van onze voeding niet tekortschiet. Wat wel tekortschiet? De micronutriëntendichtheid of met andere woorden, de kwaliteit, puurheid en versheid. Dit betekende o.a. tekorten aan selenium, chroom, zink, B-vitaminen, omega-3 vetzuren, vitamine A, D3 en E.

 

Ontoereikende hoeveelheden micronutriënten (meer dan alleen vitaminen en mineralen) komen erg vaak voor en zijn deels een verklaring voor die miljoenen Nederlanders met chronische aandoeningen. Ik spreek daarom regelmatig van ‘moderne ondervoeding’.

 

Zelfs al een suboptimale voeding blijkt een risicofactor voor het ontstaan van chronische aandoeningen [3]. Andersom zijn kwalitatief passende voedingskeuzes met als uitgangspunt vers, minimaal bewerkt, puur en dus vermijden van pakjes, toegevoegde suikers, smaakversterkers et cetera, het fundament voor het omkeren van chronische aandoeningen. Gevarieerde voeding bevat ontzettend veel complexe moleculen die van belang zijn voor allerlei functies in je cellen [4]. Smaakversterkers versterken niet alleen smaak, ze versterken ook zenuwprikkels en dat kan leiden tot een toename van pijnwaarneming. Maar het kan je ook onrustig maken of zorgen dat je je denken niet kunt stoppen. Wat je eet heeft dus ook bijna direct een invloed op de werking van je hersenen. Dat ervaar ik dagelijks niet alleen in de praktijk, maar ook bij mezelf.

 

"Dus als je beter in je vel wil zitten, klachten wil verminderen en chronische aandoeningen wil omkeren ‘moet’ je beginnen met betere voedingskeuzes".

 

Mee eens?

 

1. https://www.rivm.nl/nieuws/aantal-chronisch-zieken-neemt-toe

2. https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/chronische-aandoeningen-en-multimorbiditeit/cijfers-context/huidige-situatie#!node-aantal-mensen-met-chronische-  aandoening-bekend-bij-de-huisarts

3. Fairfield, M., Fletcher, R.; Vitamins for chronic disease prevention in adults: scientific review, JAMA. 2002 Jun 19;287(23):3116-26.

4. Aggarwal, R. Natural compounds: Role in reversal of epigenetic changes. Biochemistry (Moscow), 2015, vol.80, no.8, pp. 972-989.

 

1e publicatiedatum: maart 2021